Richardson kwam in de regen tot een tijd van 10,84 seconden, Alfred was met 10,88 wel dichtbij. De Britse Dina Asher-Smith werd derde: 10,89.
Richardson gold in Parijs als de topfavoriete, maar werd geklopt door Alfred, die haar land de eerste olympische medaille ooit bezorgde.
Nederlandse atleten
Van de Nederlanders die in het Letzigrund-stadion in actie kwamen eindigde Isaya Klein Ikkink als derde op de 400 meter. De atleet uit de gouden 4x400 meter gemengde estafetteploeg realiseerde een tijd van 45,42, net boven zijn persoonlijk record.
Eveline Saalberg werd vierde op de 400 meter in 52,27. Niels Laros bereikte in 3.31,23 dezelfde klassering op de 1500 meter. Stefan Nillessen werd tiende in 3.33,08. Nadine Visser finishte in 12,54 als vijfde op de 100 meter horden, terwijl Mike Foppen in 7.44,20 achtste werd op de 3000 meter.
Geen wereldrecord
De Nederlandse vrouwen op de 4x100 meter moesten alleen Zwitserland voorlaten. Isabel van den Berg, Marije van Hunenstijn, Minke Bisschops en Tasa Jiya kwamen tot een tijd van 43,46 seconden. Het Zwitserse viertal was bijna een seconde sneller: 42,55. Op het EK in juni pakte Oranje nog brons ten koste van de Zwitserse vrouwen. Op de Spelen eindigde Nederland als zevende.
De Zweedse polsstokhoogspringer Armand Duplantis sprong voor de verandering eens geen wereldrecord. In de regen kwam hij bij zijn eerste poging tot 5,82 meter. Na twee mislukte pogingen op 6,02 meter hield Duplantis het voor gezien. Zijn 5,82 meter was voldoende voor de winst.