BNXT League gaat na drie aanloopseizoenen aantal clubs verder inkrimpen
Sinds de Eredivisie in Nederland in de jaren ’90 door de NBB (basketbalbond – red.) werd uitbesteed aan de Federatie Eredivisie Basketballclubs (FEB) heeft het aantal profclubs altijd geschommeld tussen de acht en twaalf. Eén seizoen voor aanvang van de eerste BNXT League kende Nederlandse competitie ook weer twaalf teams. Clubs in de speelsteden Almere, Den Haag en Amsterdam zijn inmiddels echter afgehaakt.
Promotie
In België begon men met tien clubs aan de gemengde competitie en werd Kortrijk toegevoegd, maar verdween Luik dan weer van het toneel. Zo zijn er in 2024-2025 negentien clubs, waarvan er één zou moeten degraderen. In België bestond degradatie al sinds mensenheugenis niet meer maar heeft de ‘Top Division Men 1’ tenminste nog promovendi voortgebracht. In tegenstelling tot de naam doet vermoeden heeft de Promotiedivisie in Nederland die status allang niet meer.
Effectief zou degradatie in België nog een tijdelijke stap terug naar semiprofessionalisme kunnen inhouden, maar indien er zaterdag 10 mei 2025 een Nederlandse club als nummer 19 eindigt, zal deze club in een soort niemandsland terecht komen. De promotie/degradatie-regeling met de Promotiedivisie wordt pas vanaf 2025-2026 verwacht. Overigens brengt de NBB het aantal teams daarin na 2024-2025 terug van 20 naar 16 teams in 2025-2026. Mogelijk dus inclusief een afvaller uit de BNXT League.
Bekertoernooi
Er is kortom nog voldoende werk aan de winkel om de piramide op een juiste manier in te richten. De lange reeks van effectief opgeheven clubs zou voor de continuïteit van het Nederlandse basketbal vooral eens beëindigd moeten worden. Naast Amsterdam, Almere en Den Haag zijn in de laatste dertig seizoenen ook speelplaatsen als Bergen op Zoom, Dordrecht, Werkendam, Assen, Utrecht, Wijchen, Gorinchem, Meppel, Hilversum, Voorburg en IJmuiden actief geweest op het hoogste niveau.
Het format van de play-offs in 2025 moet nog verder worden uitgewerkt. Het NBB-bekertoernooi krijgt met ingang van komend seizoen door de overvolle speelkalender wel een afgeslankte vorm. In de achtste finales, kwartfinales en halve finales wordt voortaan nog maar één wedstrijd gespeeld tussen beide ploegen. Zo kan er al in vier wedstrijden deelname aan de groepsfase van de FIBA Europe Cup worden afgedwongen. Naast het ticket van de landskampioen in Nederland het enige startbewijs dat door de clubs nog als lucratief wordt gezien. Landstede Zwolle en Donar Groningen zien dit jaar af van een plek in de voorrondes van het vierde Europese clubtoernooi.