Geen back-to-back voor Real Madrid: Panathinaikos wint 7e Euroleague-titel
De ongekende finale tussen de twee beste teams van het reguliere seizoen begon geweldig dankzij de aanwezigheid van veel Griekse en Spaanse fans. Real Madric-coach Chus Mateo stelde vanaf het begin opnieuw zijn vertrouwen in Eli John Ndiaye en hij reageerde met acht punten op rij.
Real Madrid bouwde een goede voorsprong op en nam in het eerste kwart de controle over de wedstrijd over, dankzij het leiderschap van Facu Campazzo en het succes van Dzanan Musa. Met 36-25 aan het einde van het eerste kwart hadden de Madridistas de wedstrijd stevig in handen.
Maar in het tweede kwart werd Panathinaikos wakker. De Grieken kwamen terug van hun achterstand en startten een 18-5 scorende run, terwijl de titelverdediger 41-27 voorstond. Real Madrid ging de kleedkamer in met een voorsprong van slechts vijf punten (54-49).
Real Madrid zakt weg en geeft Panathinaikos vrij baan
In de tweede helft kwam de ploeg van Mateo terug op de vloer met vier opeenvolgende gemiste driepunters, en dat was te zien op het scorebord. Panathinaikos dichtte geleidelijk het gat en een schot van voormalig Golden State Warrior Kendrick Nunn bracht de Griekse fans in extase, want hun ploeg nam voor het eerst in de wedstrijd de leiding (56-58, 24e minuut).
De regerend Euroleague-kampioen stortte in in de offense en speelde misschien wel het slechtste kwart van het seizoen. Toch bleef de spanning erin, met een Griekse voorsprong 3 punten bij aanvang van het laatste kwart (64-61).
De intensiteit ging nog een tandje hoger. Sergio Llull bracht Real Madrid terug tot op twee punten met een driepunter, maar Kostas Sloukas breidde de voorsprong uit. De stats van de MVP van de finale zijn krankzinnig: 24 punten, een PIR van 31 en 4/4 van driepuntafstand.
De Madridistas konden niet standhouden. Nunn vond de basket opnieuw met gemak en Campazzo pakte zijn vijfde persoonlijke fout, waardoor de Grieken een +10 voorsprong namen na een driepunter van Dinos Mitoglou. Het leiderschap van Sloukas was doorslaggevend, net als het aanvallende falen van de Merengue's met slechts 26 gescoorde punten. De score was een klinkende 95-80 voor de Grieken, die hun zevende Europese titel opeisten.