Handbalmannen minimaal ten onder op EK tegen titelverdediger Zweden
Oranje had eerder ruim gewonnen van Georgië en Bosnië en Herzegovina. In de strijd om de eerste plaats in de groep stonden de handballers in de eerste helft lang voor tegen grootmacht Zweden en kwamen ze in de tweede helft zelfs knap terug van een achterstand. De regerend Europees kampioen maakte met een treffer van Felix Claar uiteindelijk het verschil.
Oranje nam in de SAP Arena in Mannheim een 2-0-voorsprong via Niels Versteijnen en Rutger ten Velde en hield met treffers van Luc Steins, Samir Benghanem en Dani Baijens die marge lang vast. Lukas Sandell bracht Zweden op gelijke hoogte met 9-9. Claar bracht de titelverdediger met 11-10 voor het eerst op voorsprong, maar beide ploegen gingen met een gelijke stand (15-15) de rust in.
Tegenvaller
In de tweede helft liep Zweden uit naar 18-15. Maar Oranje herpakte zich en trok de stand met 19-19 weer gelijk. Een tegenvaller voor bondscoach Olsson was de blessure bij Benghanem. Hij moest in de tweede helft met een brancard van het veld worden gehaald.
Ook na het uitvallen van Benghanem bleven de handballers goed in de wedstrijd. Steins verzuimde Oranje in de slotminuten opnieuw op voorsprong te zetten en Claar deed dat aan de andere kant wel. De Zweedse doelman Andreas Palicka stopte nog inzetten van Bobby Schagen en Baijens.
Denemarken
Steins werd met zes treffers uitgeroepen tot speler van de wedstrijd. Ten Velde en Lars Kooij scoorden vijf keer en Baijens was vier keer trefzeker.
De handballers zetten het EK voort met een wedstrijd in de hoofdronde op 17 januari tegen wereldkampioen Denemarken.