Advertentie
Advertentie
Advertentie
Meer
Advertentie
Advertentie
Advertentie

'Kontraste in Berlin': Hertha bloedt langzaam dood, Union leeft als nooit tevoren

Klaas-Jan ter Veen
'Stel je Hertha eens voor zonder vuil gokgeld'
'Stel je Hertha eens voor zonder vuil gokgeld'Profimedia
Ze spelen in een wereldstad, hebben de potentie iedere thuiswedstrijd 75.000 toeschouwers te ontvangen in het majestueuze Olympiastadion, maar het wil maar niet lukken met Hertha BSC. De laatste keer dat de club bij de bovenste drie van de Bundesliga eindigde was eind vorige eeuw en afgelopen seizoen degradeerde 'Die Alte Dame' zelfs naar het tweede niveau. Wat is er aan de hand met Hertha?

Voor het voetbal in Nederland losgaat gun ik mezelf nog een korte break. Berlijn is dan een fijne go-to en het treft. Zowel Hertha als Union Berlin spelen een thuiswedstrijd tijdens mijn stedentrip. Een groundhopper zou en wil ik mezelf niet noemen, maar als er dan toch een bal rolt is een potje voetbal nooit weg. Het is bovendien voor de soloreiziger een leuke manier in contact met de locals te komen. Daarover later meer.

Het is vrijdagavond en Hertha speelt de eerste thuiswedstrijd van het seizoen tegen het bescheiden SV Wehen Wiesbaden. Ingeklemd tussen Mainz en Frankfurt zullen ze waarschijnlijk nooit een grote meneer worden in het Duitse voetbal. In tegenstelling tot de gedegradeerde thuisclub promoveerde Wiesbaden vorig jaar en zullen de circa 200 meegereisde supporters heel anders in de wedstrijd zitten dan de 40.000 veelal in het blauw uitgedoste fans van Hertha.

Countergoal

Zij zagen een week eerder hun club verliezen van en bij Dusseldorf (1-0) en ook deze vrijdagavond zou het niet goed uitpakken voor de in 1892 opgerichte club. Ondanks het matige voetbal en de degradatie is het stadion met ruim 40.000 toeschouwers redelijk gevuld. En ze maken lawaai voor 75.000. De sfeer is buitengewoon goed te noemen. De Ostkurve staat twee ringen stampvol met voornamelijk jonge mannen tussen de 15 en 35. Niet heel veel anders dan bij de gemiddelde harde kern in Nederland dus.

Ze zien hoe hun team het spel maakt en Wiesbaden op de counter loert. Het levert een redelijk vermakelijke wedstrijd op met de beste kansen voor de gastheren. In de slotfase gaan ze bovendien behoorlijk va-banque spelen, waardoor ook nog die ene onvermijdelijke counter komt. Lasse Gunther, die zijn opleiding genoot bij Bayern München, maar als prof nog maar nauwelijks aan de bak kwam, schiet knap raak via de binnenkant van de paal. Om mij heen verbijstering, maar gek genoeg ook berusting. Ze zijn hier wel wat gewend.

Het staat er echt
Het staat er echtProfimedia

Ik kijk toe hoe de uitsupporters helemaal lijp worden. Shirts gaan uit en als twee minuten later het eindsignaal klinkt sprinten de spelers van Wiesbaden naar het uitvak. Het is vermakelijk om te zien. Om mij heen kijken de supporters van de thuisploeg elkaar wat meewarig aan. Een man voor mij draait zich om en legt ongetwijfeld uit waar het aan scheelt. Mijn Duits is niet goed genoeg om alles te volgen, maar het is vooral het bestuur dat er van langs krijgt. Als supporter van FC Groningen kan ik me wel een beetje identificeren met de situatie van Hertha.

Eenmaal afgedaald van de indrukwekkende tribunes koop ik mezelf een Berliner Kindl en laat ik met uitzicht op de Olympische Ringen alles nog even de revue passeren. De wedstrijd zal wel, maar ik vraag me vooral af hoe een club van deze statuur zo is afgegleden. Voor mij maken twee aangeslagen supporters ruzie. Het loopt hoog op en stewards en de massaal aanwezige politie moet tussenbeide komen. Het kan toeval zijn, maar voor mij staat het symbool voor de positie van Hertha. Het is treurig.

Een steward kijkt me aan en zegt dat ik ook maar beter naar huis kan gaan. Ik hijs mezelf van een betonnen rand en zet mezelf in beweging richting S-Bahnhof Olympiastadion. Ik sta even stil bij een straatmuzikant en omdat ik een Baltimore Ravens-shirt aan heb wordt ik aangesproken door een net als ik stevig gebouwde man. Wat ik dit seizoen van quarterback Lamar Jackson verwacht. Hij blijkt ook fanatiek supporter van NFL-team Baltimore Ravens en er volgt een mooi gesprek.

Arjen Robben

Andere supporters voegen zich bij ons en ik leg uit wie ik ben en waar ik vandaan kom. “Ah, Arjen Robben,” roepen ze gelijk. Eéntje weet zelfs dat Groningen ook gedegradeerd is. Hij is in kennelijke staat, slaat een arm om me heen en zegt weinig hoopvol dat het misschien wel nooit meer goed komt. Bij mijn eigen club valt dat hopelijk nog wel mee, maar in Berlijn ligt het anders. Er wordt al jaren gepokerd met de club en wanneer je gokt kan je ook verliezen.

Bij Hertha is dat pijnlijk duidelijk. De nederlaag van vanavond is geen incident. De omstreden Duitse ondernemer Lars Windhorst pompte (naar eigen zeggen) honderden miljoenen euro’s in de club, maar volgens voorzitter Kay Bernstein, jarenlang capo van de harde kern, is het ook allemaal weer verdampt. De licentie stond serieus op het spel en als noodgreep ging de club in zee met 777 Partners, een investeringsfonds uit Miami dat ook dikke vingers in de pap heeft bij onder meer Genoa, Standard Liege en de Londense basketbalclub Lions.

Protesten op de Kurve
Protesten op de KurveProfimedia

De jongens waarmee ik spreek, ze staan allemaal op de Ostkurve, zijn er niet blij mee. Ze zien hoe er gepingpongd wordt met de club waar ze zoveel van houden. Wanneer ik voorzichtig vraag naar hoe ze tegen stadsgenoot Union aankijken reageren ze opvallend respectvol. “Superknap wat ze daar doen. Je kan er wel van alles van vinden, maar het is wel een mooi verhaal.”

“Mijn vader nam me hiermee naartoe en dus doe ik hetzelfde met mijn zoon,” vertelt Willy, de Ravensfan die eerder al voorbijkwam in dit stukje. “Maar het is net als met de stad. Die verliest ook langzaamaan haar identiteit. Het vloeit op deze manier ook bij Hertha weg.”

Willy komt al 40 jaar bij Hertha, maar de jongere garde dat voor de geweldige sfeer op de Kurve zorgt, voelt de problemen ook feilloos aan. Tijdens de wedstrijd zijn meerdere spandoeken te zien waarin het bestuur ervan langs krijgt en de draak wordt gestoken met dubieuze investeerders en sponsors: passanten die te veel vrijheid krijgen en de club achterlaten in erbarmelijke staat. Ook hier kan ik me als FC Groningen-supporter wel aardig inleven.

De liefde voor Hertha

Willy is duidelijk een bekend figuur bij de club. Iedereen kent hem en begroet hem. Of ik nog even mee wil naar zijn stamkroeg in Stresow. Het is voor mij volledig de verkeerde kant op en een beetje spannend is het wel, maar er is iets waardoor ik hem vertrouw. Een half uur later sta ik in de Gänsemarkt. Er zitten vele fanatieke supporters, het staat er blauw van de sigarettenrook en van betalen met bankpas hebben ze nog nooit gehoord. Gelukkig betaalt Willy alles voor me, want ik heb geen fysieke euro op zak.

Er volgt een intens gesprek over leven, dood, loslaten en doorgaan. De liefde voor Hertha slingert als een blauwe draad door het gesprek. Willy ziet hoe de wereld verandert. Hoe mensen elkaar niet meer begroeten, respect ook in Duitsland niet meer is wat het was. Hij is duidelijk van de goede oude stempel. Behandel een ander zoals je zelf ook behandeld wil worden. Het bier begint tol te eisen en ver voorbij middernacht besluit ik dat het mooi geweest is.

Ik neem afscheid van mijn nieuwe vriend en beloof hem dat wanneer hij naar Groningen komt de drankjes van mij zijn. Hij kijkt me indringend aan. “Mocht het niet zover komen en je komt in de hemel, dan zit ik in de eerste pub rechts.” Ik loop hardop lachend de Gänsemarkt uit. Wat een waanzinnige avond. De liefde voor sport, mensen en het leven kwamen even op een wonderlijke manier samen.

Willy en ondergetekende in de Gänsemarkt
Willy en ondergetekende in de GänsemarktFlashscore

Nog geen 16 uur later sta ik in Stadion An der Alten Försterei. De oefenwedstijd van Union Berlin tegen Atalanta Bergamo is stijf uitverkocht. De club leeft als nooit tevoren en is dit jaar zelfs in de Champions League te bewonderen. Ik moet erkennen dat ik onder de indruk ben van de volgepakte statribunes en de sfeer doet me denken aan het oude Oosterpark. Anders dan bij Hertha is er een wisselwerking tussen veld en publiek. Hier geen ultra’s die 90 minuten lang ongeacht de stand staan te springen. Het is meer familiair en ontspannen.

Ik zie beter voetbal, alleen al voor rust vier mooie goals en geniet van het ‘Nederlandse’ middenveld bij de Italianen. En toch gaan mijn gedachten terug naar vrijdagavond. De gesprekken met de fans en in het bijzonder Willy. Union is alles wat je wil. Het is van de fans en voor de fans. Het draait om community en eenheid. Maar ik voel het niet. Mijn hart huilt voor Hertha, de gasten die ik sprak. Mijn hart huilt voor Willy. Hun club is een prooi geworden en ze zijn allemaal op de vlucht. Laat het een waarschuwing zijn voor iedere sportvereniging. Wees waakzaam. Niemand is groter dan de club.

Het gevaar is zomaar daar. Het monster kan in allerlei gedaantes vermomd zijn. Als investeerder, als technisch directeur, als penningmeester, als net even te rijke sponsor, maar zelfs als supporter. De balans in het hedendaagse voetbal is flinterdun. Hoe het niet moet kun je in Berlijn zelf aanschouwen. En toch kun je er ook genieten. Van een geweldig stadion waar de geschiedenis doorheen sijpelt, het bier rijkelijk vloeit en de trots nog altijd voelbaar is. “Dit is de club van Berlijn,” verzucht Willy. “Denk ik,” voegt hij veelzeggend toe. 

Wil jij jouw toestemming voor het tonen van reclames voor weddenschappen intrekken?
Ja, verander instellingen