Bijzonder pover Engeland mag blij zijn met punt tegen strijdlustig Denemarken
Engeland startte de wedstrijd in dezelfde opstelling en met dezelfde basiself als vier dagen geleden, met wellicht het beste middenveld van het toernooi onder aanvoering van Jude Bellingham en aanvoerder Harry Kane in de spits. De vaste linksback Luke Shaw was nog altijd niet hersteld, waardoor Kieran Trippier wederom een basisplaats kreeg als gelegenheidslinksback. Bij Denemarken was wel een wijziging te noteren. Joakim Maehle kreeg een basisplaats ten koste van Alexander Bah rechts op het middenveld, maar verder zagen we de verwachte namen, zoals die van de Manchester United-mannen Christian Eriksen en Rasmus Hojlund.
Eerste helft
Denemarken begon brutaal met aanvallen en had binnen een minuut al het eerste schot op doel genoteerd, hoewel de inzet van Hojlund geen echt gevaar creëerde en gemakkelijk kon worden gered door doelman Jordan Pickford. Daarop volgde een periode waarin Engeland langzaamaan de regie overnam in de wedstrijd, wat culmineerde in de eerste echte poging in de 13e minuut. Phil Foden ontving de bal in het centrum en kon het zestienmetergebied inlopen waar hij de trekker overhaalde, maar zijn schot hoog over zag gaan. In de 18e minuut was het wel raak. Kyle Walker toonde zijn snelheid en versloeg Victor Kristiansen aan de rechterkant, waarna hij de bal voor het doel kreeg en deze uiteindelijk voor de voet van Kane belandde, die simpel binnen kon tikken.
In het kwartier dat volgde zakten de Engelsen in en gunden de Denen om de aanval te zoeken. Dat resulteerde in een gevaarlijk moment met Eriksen en een kopbal van Jonas Wind, die doel miste. In de 34e minuut viel de verdiende gelijkmaker. Morten Hjulmand haalde van heel grote afstand de trekker over, maar zijn schot was zo hard dat Pickford geen enkele kans maakte. De bal ketste via de binnenkant van de paal het doel in.
Engeland leek door de tegengoal wakker te zijn geschrokken en leek zich enigszins te herpakken. Foden kwam in de 41e minuut ver en kon schieten, maar het was een makkelijke prooi voor Kasper Schmeichel. Pierre-Emile Hojberg stuurde niet lang daarna een hard schot richting de kruising van het Engelse doel, maar nu kon Pickford redden. De eerste helft eindigde met een afstandsschot van Foden dat een kleine meter over ging.
Tweede helft
In de beginfase van de tweede helft wist Bukayo Saka enkele gevaarlijke momenten te creëren, maar de Engelsen kwamen nog altijd vertwijfeld over op het middenveld. Southgate besloot in te grijpen en haalde Trent Alexander-Arnold eraf, voor hem in de plaats kwam Conor Gallagher. Dat leverde nieuwe engergie op en in de 56e minuut controleerde Foden de bal goed en schoot hard en laag tegen de paal. De Deense bondscoach Kasper Hjulmand reageerde en bracht Bah en Mikkel Damsgaard in het veld voor Kristiansen en Wind.
De daaropvolgende 10 minuten leek het alleen maar slechter te worden bij Engeland, dat verbazingwekkend tegenvallend speelde. Southgate besloot tot grove maatregelen over te gaan en haalde Kane, Foden en Saka uit het veld. In hun plaats kwamen Jarod Bowen, Ollie Watkins en Eberechi Eze. Dat leverde al snel een kans op voor Watkins, die de bal goed diepgespeeld kreeg van Bellingham, maar de hoek was te lastig en hij stuitte op Schmeichel.
De opleving in het spel van de Engelsen was van korte duur en in de volgende periode schoot Hojbjerg tweemaal van afstand op doel. In de 83e minuut maakte Marc Guehi een zeldzame fout en verloor de bal op eigen helft aan Bah. De Deense aanvaller wachtte echter te lang met de bal afgeven, waardoor Guehi zijn fout goed kon maken. In de slotfase van het duel kwamen beide ploegen niet meer tot grote kansen en zo eindigde de wedstrijd in een 1-1 gelijkspel. Engeland was erg tegenvallend voor de dag gekomen en de Denen hadden wellicht meer verdiend.