Een ticket voor de Champions League en winst van de KNVB-beker moeten het seizoen van PSV nog een beetje redden. De club sprak in de zomer met vrij grote woorden over een aanval op regerend kampioen Ajax, maar de landstitel lijkt opnieuw aan PSV voorbij te gaan. De laatste vijftien jaar werden de Brabanders slechts drie keer kampioen, in 2015, 2016 en 2018. Aan het begin van deze eeuw pakte PSV ongeveer een keer in de twee jaar de titel.
Ibrahim Sangaré
Tegen NEC liet trainer Ruud van Nistelrooij middenvelder Ibrahim Sangaré buiten zijn basiselftal. De Ivoriaan keerde na de interlandperiode, na een lange reis, pas vrijdag terug bij zijn club. Van Nistelrooij vond het niet verstandig om met hem te beginnen en koos op het middenveld voor Erick Gutiérrez, Guus Til en Joey Veerman. Dat betekende dat er ook weer geschoven werd met Xavi Simons, die soms als aanvallende middenvelder voetbalt maar ook geregeld als buitenspeler.
PSV opende al in de 7e minuut de score. Doelman Jasper Cillessen stopte een afstandsschot van Simons, waarna aanvoerder Luuk de Jong in de rebound scoorde: 0-1. NEC, dat tot zaterdag pas 26 doelpunten incasseerde in de competitie, kreeg totaal geen vat op PSV.
Oussama Tannane
Halverwege de eerste helft verdubbelde Olivier Boscagli de voorsprong met een kopbal van dichtbij na een vrije trap van Joey Veerman. Boscagli kon vanwege een ernstige blessure lange tijd niet voetballen en stond zaterdag voor het eerst dit seizoen in de basis.
Na een mooie aanval via Simons en De Jong liep PSV via Veerman voor rust nog verder uit: 0-3. De Jong zelf scoorde kort na rust opnieuw en staat nu op acht treffers in de Eredivisie.
Oussama Tannane gaf het thuispubliek toch nog wat moois. De middenvelder schoot de bal in de 59e minuut schitterend in de kruising. Kort voor tijd was Tannane wederom op fraaie wijze trefzeker, dit keer uit een vrije trap (2-4). Hij raakte daarbij wel geblesseerd.