Die eer was de afgelopen drie jaar aan Club Brugge. De kans dat Brugge de titel gaat prolongeren in zeer klein. Het bevindt zich momenteel op de vijfde plaats met 55 punten, evenveel als de kampioen van 2015, Gent. De nummer zes Standard Luik heeft 52 punten en zal een klein wonder nodig hebben om zich überhaupt te plaatsen voor de kampioenspoule.
De titelrace lijkt linksom of rechtsom toch te gaan tussen de nummers één tot en met drie. Genk kende na een nederlaag op de eerste speeldag tegen Club Brugge een geweldige start van de campagne. Het bleef tussen 31 augustus 2022 en tweede kerstdag 16 wedstrijden (15 winst, 1 gelijk) ongeslagen. Na de nederlaag op bezoek bij Kortrijk pakte het nog eens 16 punten uit 6 wedstrijden, maar daarna ging het behoorlijk bergafwaarts voor de kampioen van 2019 die vorig jaar achtste eindigde in de reguliere competitie. In de laatste acht wedstrijden werd er maar twee keer gewonnen, drie keer gelijkgespeeld en drie keer verloren. De voorsprong om de nummer twee Union is geslonken tot twee punten.
Union was vorig seizoen dichtbij haar eerste titel sinds 1935. De club promoveerde het seizoen er voor, werd winterkampioen en ging als nummer één de kampioenspoule in, maar zag Club Brugge na drie nederlagen er met de titel van door gaan. Na een nederlaag in de voorronde van de Champions League tegen Rangers plaatste Union zich voor de Europa League. Een poule met de naamgenoot uit Berlijn, het Zweedse Malmo en Braga uit Portugal werd simpel doorgekomen. In de achtste finale trof het wederom Union Berlin, dat een ronde eerder verantwoordelijk was voor de uitschakeling van Ajax. Na een 3-3-gelijkspel in Berlijn was de ploeg uit Brussel met 3-0 te sterk voor de Duitsers. In de kwartfinale lootte de ploeg van trainer Karel Geraerts met Bayer Leverkusen wederom een Duitse tegenstander. De uitwedstrijd werd met 1-1 gelijkgespeeld, volgende week is de return in Brussel. In de competitie heeft Union de laatste vijf wedstrijden niet verloren en lijkt op tijd in vorm te raken voor de ontknoping.
Hetzelfde kan gezegd worden van Antwerp. Nadat de ploeg van trainer Mark van Bommel een vliegende start kende met negen overwinningen uit negen wedstrijden raakte het team in verval. De volgende negen wedstrijden leverden slechts twee overwinningen op. Dit kalenderjaar verloor Antwerp nog maar twee wedstrijden (Union en Charleroi) en verzekerde zich dus van een plekje in de kampioenspoule.