Ook huidige voorzitter van Barcelona Laporta aangeklaagd in omkoopzaak scheidsrechters
In een grootscheeps onderzoek gingen de verdenkingen eerder al uit naar twee ex-voorzitters, Josep Maria Bartomeu en Sandro Rosell, die beiden zijn aangeklaagd voor dubieuze betalingen aan een bedrijf dat in handen was van José Maria Enriquez Negreira. Die zou als een van de vicevoorzitters van de scheidsrechterscommissie in Spanje zijn invloed hebben gebruikt in de aanwijzing van arbiters voor duels van Barcelona.
Volgens Spaanse media betaalde Barcelona tussen 2001 en 2018 6,5 miljoen euro aan Negreira's bedrijf. Ook zijn zoon zou daarbij geld hebben gekregen. Laporta, die nog niet was aangeklaagd, heeft de beschuldigingen over vermeende corruptie eerder pure laster genoemd en kondigde toen al aan de aanval te zullen kiezen. "Men probeert ons doelbewust kapot te maken", aldus de topman.
Gebruikelijke praktijk
De beschuldigingen tegen Laporta hebben betrekking op zijn eerste periode als voorzitter van de Catalaanse club, van 2003 tot 2010. Onderzoeksrechter Joaquín Aguirre López stelt in het woensdag gepubliceerde rapport dat Laporta, die in 2021 terugkeerde op de voorzittersstoel, naar zijn mening zich niet kan beroepen op verjaring van de feiten vanwege de ernst van de beschuldigingen. Volgens de rechter is "iedereen die lid was van de raad van bestuur van FC Barcelona tijdens zijn mandaat of die een effectieve verantwoordelijkheid had in de besluitvorming om de illegale betalingen aan Negreira en zijn zoon te doen" nu verdacht.
Barcelona verweerde zich eerder door te stellen dat de club een externe consultant had betaald die "technische rapporten met betrekking tot professionele scheidsrechters" aan de club had geleverd, wat volgens de club een gebruikelijke praktijk was bij profclubs.
Barcelona reageerde tegenover persbureau Reuters slechts met de melding dat de juridische afdeling van de club de zaak in behandeling heeft.