De 2-1 nederlaag tegen Fiorentina kwam na de 1-0 nederlaag tegen Bayer Leverkusen in de Champions League, maar het was de manier waarop de nederlaag in Florence werd geleden die Fonseca woedend maakte. Theo Hernandez en Tammy Abraham misten allebei een penalty en na afloop klaagde Fonseca dat Christian Pulisic de aangewezen penaltynemer is en dat hij niet begreep waarom dat was veranderd.
Hernandez werd aan het eind uit het veld gestuurd omdat hij tegen de scheidsrechter had geklaagd, en de trainer was blij met de internationale onderbreking voordat hij veel van zijn spelers weer zou zien.
'Ik was zo boos'
“Ik was zo boos na Florence dat het goed was om niemand gezien te hebben,” vertelde Fonseca op een persconferentie in aanloop naar het thuisduel met Udinese van zaterdag. “We hadden weinig spelers bij die trainingen, toen kwamen gisteren alle internationals. We hadden het over de wedstrijd tegen Fiorentina en vandaag over Udinese.
“Ik weet dat er veel is gesproken over Florence, voor mij was het heel belangrijk om erover te praten.” Fonseca staat al onder druk: zijn ploeg staat zesde op de ranglijst, op vijf punten van koploper Napoli en Milan heeft ook beide Champions League-wedstrijden verloren.
Problemen aanpakken
“Ik sluit mijn ogen niet voor problemen. We hebben ze, laten we ze aanpakken,” zei Fonseca. “Als we problemen hebben, geef ik niets om de naam van de speler. Ik praat met hem. Frontaal, direct, met het team of met de spelers. Voor mij is geen enkele speler belangrijker dan het team. En degenen die fouten maken, moeten hun verantwoordelijkheid nemen. Als iemand deze teamgeest niet volgt, is het moeilijk voor mij.”
Fonseca werd gevraagd naar de kritiek aan zijn adres dat hij geen controle zou hebben over de kleedkamer. “Ik hoef niets te laten zien, ik ben geen acteur,” zei hij. “In het hedendaagse voetbal is er een grote behoefte om gezien te worden, zo ben ik niet, al sinds dag één. Vraag het maar aan de spelers, of ik vanaf het begin zo ben geweest of niet.”