Het verschil was bij rust reeds gemaakt. Na elf minuten had Cristiano Ronaldo de openingstreffers al op zijn schoen, maar de lat was spelbreker. De volgende grote kans, een kwartiertje later, was wel raak. Bernardo Silva schoot raak uit een voorzet van Bruno Fernandes. Anders dan uit standaardsituaties lukte het de Polen niet om heel gevaarlijk te worden en tot overmaat van ramp voor de thuisploeg viel de 0-2 in de 37e minuut. Rafael Leao zag zijn schot op de paal belanden, speelde de terugstuitende bal naar Ronaldo, die feilloos binnenschoof.
Polen moest tot 10 minuten na rust wachten voor hun eerste grote mogelijkheid. Robert Lewandowski kreeg de bal op zijn hoofd, maar zag de bal langs de voor hem verkeerde kant van de linkerpaal gaan. De Portugezen kregen daarna genoeg kansen en controleerden de wedstrijden, maar zagen de thuisploeg toch scoren. Piotr Zielinski scoorde 12 minuten voor tijd na een fijngevoelige assist van Kacper Urbanski. Het bleek een doelpunt voor de statistieken, omdat vlak voor tijd Jan Bednarek de bal in eigen doel werkte: 1-3.