De tiener uit Los Angeles maakte haar WK-debuut als late invaller in de 3-0 overwinning op Vietnam in Auckland van afgelopen zaterdag. Ze was net 14 toen Megan Rapinoe en de Amerikanen in 2019 met 2-0 wonnen van Nederland (de tegenstander van de Verenigde Staten op donderdag) om het toernooi te winnen.
"Ik was bij mijn tante thuis en keek daar omdat we thuis geen tv hadden", vertelde Thompson, nu 18, aan verslaggevers in Auckland. "Ik was omringd door mijn hele familie, we keken naar de wedstrijd en ik herinner me hoe intens de wedstrijd was, hoe het heen en weer ging en hoe nerveus ik was."
14 debutanten
Doelpunten van Rapinoe en Rose Lavelle bezorgden de VS de tweede titel op rij en de vierde in totaal. De VS is favoriet om de trofee dit jaar te behouden in Australië en Nieuw-Zeeland, ondanks dat Thompson een van de 14 speelsters van het team van coach Vlatko Andonovski is die voor het eerst deelneemt aan het eindtoernooi.
"Op dat moment dacht ik er niet echt aan dat ik bij het volgende eindtoernooi zou zijn, omdat ik me zo jong voelde, dus het voelde zo ver weg", zei Thompson, die haar wedstrijden voor Angel City speelt. "Maar dat ik nu hier ben, is te gek voor mij", voegde Thompson eraan toe. Ze maakte vorig jaar in oktober haar debuut als international tegen Engeland op Wembley.
Glimlach
Thompson maakte haar WK-debuut tegen Vietnam toen de VS op 2-0 voorsprong stond dankzij twee doelpunten van Sophia Smith. Kort na haar invalbeurt zette Smith aanvoerdster Lindsey Horan in stelling en zij zorgde zo voor een 3-0 einstand in de openingswedstrijd van Groep E. "Het voelde geweldig", zei Thompson over haar eerste WK-ervaring.
"Toen ik me aan het opwarmen was, was ik behoorlijk nerveus om mijn eerste WK-wedstrijd te spelen, maar toen ik eenmaal aan de zijlijn stond, werd ik overspoeld door opwinding en blijdschap. "Ik voelde geen enkele andere emotie, dus ik kon niet anders dan glimlachen. Het was echt gaaf."
