Zijn overlijden werd bevestigd door zijn zaakwaarnemer Bo Gustavsson, die mededeelde dat Eriksson maandag thuis was overleden, omringd door zijn familie. Een verklaring luidde: "Sven-Goran Eriksson is overleden. Na een lang ziekbed is hij in de loop van de ochtend thuis overleden, omringd door zijn familie. De naaste rouwenden zijn dochter Lina; zoon Johan met vrouw Amana en kleindochter Sky; vader Sven; vriendin Yanisette met zoon Alcides; broer Lars-Erik met vrouw Jumnong."
Eriksson werd in 2001 de eerste buitenlandse manager van Engeland en leidde de 'gouden generatie' van het land. De Zweed leidde Engeland naar de kwartfinales op drie grote toernooien tijdens een ambtstermijn van vijf jaar en hielp de natie naar de vijfde plaats op de FIFA-ranglijst.
Eriksson leidde in zijn succesvolle carrière 12 clubs, waaronder Manchester City, Leicester, Roma en Lazio, en won daarbij 18 trofeeën. Hij ging op 27-jarige leeftijd met pensioen als speler en begon zijn reis als manager in zijn geboorteland Zweden bij Degerfors IF in 1977. Daarna ging hij naar Goteborg waar hij zijn eerste successen boekte met het winnen van de Zweedse competitietitel, twee Zweedse bekers en de UEFA Cup van 1981.
Eriksson begon ook aan twee periodes bij Benfica voordat hij manager werd van de Italiaanse clubs Roma, Fiorentina, Sampdoria en Lazio. Zijn tijd bij Lazio leverde hem zeven trofeeën op, waaronder de Serie A titel, twee Italiaanse bekers en de Europa Cup voor Bekerwinnaars.