Waterpolosters betwijfelen of ze volgende maand op WK wéér kunnen pieken
De olympisch kampioen is op 4 februari in Qatar de eerste tegenstander in de jacht op de prolongatie van de vorig jaar behaalde wereldtitel. "Het is een heel gek besef dat dat al zo snel is en ook gelijk een bijzonder begin, tegen een van de beste tegenstanders", blikte international Bente Rogge vooruit. "We weten niet of het haalbaar is om ook op het WK weer te pieken, maar we hebben wel gezegd dat we daar vol voor willen gaan."
De 26-jarige Rogge, maakster van het winnende doelpunt in de EK-finale, zegt dat de Europese titel in ieder geval voor een "enorme boost" heeft gezorgd aan de start van een druk jaar.
Vertrouwen
"Als je wint, haal je energie uit plekken waarvan je niet wist dat ze er waren", zei Rogge. "Maar dit pittige toernooi was natuurlijk wel een aanslag op je lichaam. We hebben nu tot en met donderdag om niet aan waterpolo te denken en dan beginnen we weer in Zeist. Ik geloof er heilig in dat we dan goed opgeladen naar Doha gaan. En we hebben nu ook vertrouwen getankt, ook zeker richting Parijs."
Want komende zomer in Frankrijk de olympische titel pakken is dit jaar het hoofddoel voor Oranje, weet ook Doudesis. "Ik zal nooit zeggen dat een WK niet belangrijk is, maar de Spelen zijn wel echt het belangrijkste moment, ja. Dit EK was vooral een goede indicator voor hoe constant we zijn."
Ook aanvoerster Sabrina van der Sloot keek al vooruit. "Normaal is het EK een einddoel in een jaar, maar de komende maanden willen we op het WK en de Spelen weer pieken. Het zou zeker kunnen dat we op alle drie de toernooien met de titel naar huis gaan, maar dat is niet iets waar we nu mee bezig zijn. Wij willen iedere dag de beste versie van onszelf zijn en als we daarmee ook de beste van de wereld zijn, dan is dat zo."