Ellen van Dijk was in tijdrit goed, maar niet uitzonderlijk: 'Niveau niet allerbest'
Van Dijk vond dat ze zelf "best goed, maar niet uitzonderlijk" had gereden. "Ik ben het hele jaar bezig met terugkomen, eerst van mijn zwangerschap en daarna van die enkelbreuk. Dat is de samenvatting van dit jaar. Het niveau is op dit moment prima, maar niet allerbest en dat was wel nodig om Kopecky te kunnen verslaan."
De 37-jarige tijdritspecialiste was van 2016 tot en met 2019 de beste op de EK-tijdrit en eindigde daarna al drie keer eerder als tweede. Van Dijk kon op de olympische tijdrit bij de Spelen van Parijs haar droom niet verwezenlijken om een medaille te halen. Op het natte parcours in de Franse hoofdstad eindigde ze als elfde. Ze had zeven weken voor de tijdrit onder meer haar enkel gebroken bij een trainingsongeval.
WK in Zwitserland
Van Dijk rijdt later deze maand nog de tijdrit op de WK wielrennen in Zwitserland. Hiervoor krijgt ze de voorkeur boven Riejanne Markus, die ze twee plaatsen voorbleef.
Markus baalde van haar vierde plaats. "Ik kom net een beetje te kort voor het podium", zei ze in een interview bij de NOS. "Ik moet zeggen dat ik best blij was met mijn rit, al had het net wat beter gekund. Ik heb mentaal een hele moeilijke periode gehad; veel stress en de Tour de France ging ontzettend slecht en daarna ben ik ziek geworden."
Hoole
Bij de mannen greep ook Daan Hoole net naast een medaille met een vierde plaats. "Het is jammer dat ik op zeven seconden van het podium eindig. Het is een vrij eerlijk onderdeel. Dan had ik maar harder moeten rijden", reageerde hij.