Van der Poel geniet in Roubaix meer nog dan in Vlaanderen: 'Moeilijk te geloven'
Mathieu van der Poel kon in Parijs-Roubaix, meer nog dan vorige week in de Ronde van Vlaanderen, genieten van zijn overmacht. "Toen was ik echt kapot de laatste tien kilometer", vertelde de wereldkampioen van Alpecin-Deceuninck in het flashinterview op de wielerbaan van Roubaix. Na een solo van 60 kilometer had hij even daarvoor de Noord-Franse klassieker voor het tweede jaar op rij gewonnen.
In Vlaanderen was hij er 45 kilometer voor de streep alleen vandoor gegaan. Ditmaal kreeg hij nog eens 15 kilometer eerder een ingeving. "Ik wilde vooral de koers hard maken. Ik voelde me supergoed. Toen ik een gat had, wist ik dat er met de wind in de rug mogelijkheden waren. Het blijft altijd spannend, je rijdt hier zo lek. Maar ik had een mooie voorsprong en de ploegleiderswagen achter me."
"Het is soms moeilijk te geloven", vervolgde hij. "Als kind had ik niet durven dromen dat ik in de regenboogtrui Vlaanderen en Parijs-Roubaix zou winnen. Ik was enorm gemotiveerd, maar dit jaar overtreft alle verwachtingen. Ik probeer er vooral van te genieten. Dat lukte hier beter dan in Vlaanderen."